Als er één boek
is dat mijn leven aan het veranderen is, dan is het wel ‘Opgeruimd’ van de
Japanse opruimgoeroe Marie Kondo.
Ik heb er de
voorbije jaren talloze keren mee in mijn handen gestaan. Maar om één of andere
reden legde ik het telkens terug. Nu weet ik dat de tijd er voor mij nog niet
rijp voor was.
Nu ik al enkele
maanden thuiszit met een burn-out en het plotse overlijden van mijn mama in
september, is er geen betere tijd om het boek wél op mijn pad te laten komen.
Er bestaat voor
mij geen enkele methode dan de ‘Konmari’-methode dat het woord LOSLATEN beter
in de praktijk omzet dan wat dan ook.
En laat LOSLATEN
nu net hetgeen zijn waar ik momenteel écht aan toe ben. Als ik het woord de
voorbije maanden geen 100 keer gezegd heb, dan heb ik het wellicht geen enkele
keer gezegd.
De maatschappij
(de mens) legt de mens (onszelf dus) zoveel druk op, dat weinig mensen nog in
staat zijn de boel de boel te laten en dus niet kunnen LOSLATEN. Ik denk dat
oudere mensen daar minder last van hebben en dat het vooral onze generatie en
jonger aanbelangt. De druk wordt alsmaar hoger en hoger. Waarom? Waarom zijn we
zoveel eisend voor onszelf en anderen? Waarom moet iedereen zo hard presteren
en zo perfect zijn? Je moet (liefst) voltijds werken, kinderen opvoeden, je
engageren voor van alles en nog wat buiten het werk, hobby’s hebben,
vriendschappen en familiale relaties onderhouden en ook nog eens EIGEN-tijd
creëren. Wie kan dat vandaag de dag nog?
Wel, ik duidelijk
niet ! Of toch niet op deze manier. En
daardoor is eind augustus mijn licht uitgegaan.
Ik ben duidelijk niet gemaakt voor het jachtige leven…
Misschien is het
dan een bizarre gedachte dat ik nu als een gek begin op te ruimen. Ook weer
druk en jachtig. Ik hoop echter aan het einde van de rit de kunst van het leven
goed door te hebben: minder spullen = minder druk om nieuwe spullen te kopen =
minder geld dat nodig is om die spullen te kopen = minder inkomen dat nodig is
om goed te kunnen leven = minder moeten werken = meer vrije tijd = meer
eigen-tijd. Et voila, daar zijn we dan. EIGEN-tijd. Tijd om tot jezelf te
komen, jezelf niet voorbij te lopen, jezelf te kunnen opladen om er dan met
volle aandacht te kunnen zijn voor je gezin, je kinderen, je familie en
vrienden, je werk, je engagementen, hobby’s,… Wat je maar wil.
De
Konmari-methode laat je, bij alles wat je door je handen laat gaan, de vraag
stellen: ‘word ik hier blij van.’ Is het antwoord ‘ja’, dan voeg je er nog eens
het woord ‘écht’ bij. Is het antwoord dan nog steeds ‘ja’, dan mag je het
houden. Is het antwoord ‘neen’ (en je staat er versteld van hoeveel keer je
eigenlijk ‘neen’ antwoordt) dan doe je het zonder blikken of blozen weg.
En zo komt het
dat ik al de helft kledij verwijderd hebt, 90% van mijn CD’s, meer dan de helft
van mijn boeken en ook nog een heleboel DVD’s. Om nog maar over de prullaria te
zwijgen.
Echt waar: je kan
je niet inbeelden hoeveel spullen ik eigenlijk heb. Ok, sommige mensen kunnen
er zich vast wél iets bij voorstellen.
Ik heb het altijd
gehad: bijhouden, niets kunnen wegdoen, gehecht zijn aan spullen,… Maar
eigenlijk is dat niet de essentie van het leven. Als ik werkelijk alles zou wegdoen
wat ik het voorbije jaar of zelfs jaren, niet meer heb gebruikt of vastgehad,
ik mag 85% tot 90% verwijderen.
Briefjes, prulletjes, kadootjes, foto’s,…
Mijn grootste
probleem daarbij is: SCHULDGEVOEL. Me schuldig voelen omdat ik cadeaus zomaar
wegdoe. Als een ondankbaar wicht.
Marie stelt dat
elk voorwerp zijn nut heeft. Hetzij iets wat je veel gebruikt hebt, hetzij
cadeautjes die je verteld hebben hoe geliefd je bent, hetzij brieven die je
iets wilden vertellen,… Of kledij dat je nooit gedragen hebt dat je wil
vertellen dat welbepaalde stukken niet voor jou zijn. Voel je niet schuldig
over de dingen die je wegdoet. Hun nut is er op één of andere manier geweest.
Nu is het tijd dat ze een andere bestemming krijgen.
En dat is wat ik
momenteel ook doen: de spulletjes een
andere bestemming geven.
Een deel van de
mooie spullen heb ik ingepakt en dienen als kerstcadeautjes voor mijn neefjes
en nichtjes. Een extraatje met kerstmis.
Een ander deel
heb ik ingepakt en zet ik aan mijn deur voor passanten.
Nog een deeltje
heb ik eveneens ingepakt en verspreid ik
in de stad voor passanten.
In de hoop een
heleboel mensen blij te maken met mooie spullen.
De rest gaat naar
de kringwinkel of een goed doel. Zo krijgt alles een nieuwe bestemming en is
het dus geen weggegooid goed. Tenzij de spullen die ondertussen zo versleten
zijn of kapot gegaan.
Dingen bewaren
voor ‘als ze nog eens van pas komen’, kan je beter niet doen, volgens Marie,
want dan kan je evengoed alles bijhouden en slaag je niet in je opzet. Dat
probeer ik dan ook niet te doen.
Het geeft me een
goed gevoel om dingen weg te geven en mensen blij te maken. Ik heb daar altijd
van gehouden, maar was het duidelijk kwijtgeraakt.
Terwijl ik mijn
eigen huis ontspul, ontspul ik (samen met mijn broers) eveneens mijn ouderlijk
huis. Wat we daar allemaal aantreffen: dat houd je wer-ke-lijk niet voor
mogelijk. Een groot huis volgestouwd met spullen die mijn ouders al lang niet
meer gebruikten.
Ik kies er enkele
mooie dingen uit. En ruil die met spullen uit mijn eigen huis. Voor alles wat
binnenkomt, moet er net zoveel verdwijnen. Ik beperk me. Je kan zoveel spullen
meenemen die een ‘emotionele’ waarde kunnen hebben. Maar het échte emotionele is
het feit dat mijn ouders er niet meer zijn. Ik sluit ze in mijn hart, dat is
eigenlijk alles wat telt. De rest is eigenlijk een hoop materiaal. Mijn
ouderlijk huis voelt daardoor ook niet meer als een thuis. Het is slechts nog
een hoop bakstenen waar je geen enkele emotionele band meer mee hebt. Het
leeghalen wordt hoe langer, hoe gemakkelijker, naarmate de tijd verstrijkt. Dat
klinkt misschien raar voor mensen die hun ‘thuis’ nog hebben. Maar geloof me:
een ‘thuis’ heeft méér met de liefde en de geliefden die er wonen te maken, dan
met die hoop bakstenen en herinneringen. Ik begon dit al te merken toen mijn
vader overleed, ondertussen bijna 7 jaar geleden. Een deeltje liefde had de
woonst verlaten. Mijn ‘thuis’ voelde al veel minder aan als een ‘thuis’. Ondertussen
heb ik mijn eigen huis met mijn huidige geliefden. Dat is mijn ‘thuis’
geworden.
Door zo massaal
te ontspullen in mijn eigen huis en mijn ouderlijk huis hoop ik LOS TE LATEN
wat ik wil loslaten om zo tot de essentie van mezelf te komen. Ik hoop mezelf
tot in de kern tegen te komen en te ontdekken wat MIJ gelukkig maakt. En alles
wat mij niet gelukkig (meer) maakt wil ik achter mij kunnen laten.
Ons huis moet mij
en mijn gezin tot in de kern weerspiegelen.
Ik ben op goede weg. Langzaam maar gestaag.
Door
tegelijkertijd mijn ouderlijk huis te ontspullen hoop ik het verdriet en de
pijn van hun verlies LOS TE LATEN. Ik hoop enkel nog hun pure liefde in mijn
hart te kunnen bewaren en de pijn en het verdriet achter wege te laten. Het
gemis zal er altijd zijn. Niet als een constante, maar als een lichtje dat af
en toe opflakkert bij belangrijke en emotionele momenten. Maar dat maakt de
liefde net zo mooi en puur. Maar enkel als we de pijn en het verdriet een
plaats kunnen geven, kunnen we verder in vrijheid leven. En dat hoop ik te
bereiken wanneer het huis leeg en verkocht is.
‘Opgeruimd’ van
Marie Kondo is ongetwijfeld het beste boek dat ik ooit gelezen heb. Maar tevens
ook de beste therapie die ik mezelf cadeau kan doen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten